Stel dat je collega die een hoofddoek draagt jarig is. Je wilt haar graag feliciteren, maar je aarzelt. Hoe pak je het aan? Zwaai je van een afstandje en zeg je proficiat? Reik je haar de hand? Of geef je haar drie kussen, zoals je ook doet bij collega’s die geen hoofddoek dragen? Je weet het niet. Van een afstandje zwaaien, komt misschien ongeïnteresseerd over. Drie kussen geven, gaat mogelijk te ver. Je besluit de collega met de hoofddoek op haar verjaardag te ontwijken. Het is een gemiste kans, want je had haar graag geluk willen wensen.
De volgende dag kom je een vriendin tegen die met haar buurvrouw op stap is. Ze heeft een mooi afrokapsel. Je wilt de buurvrouw een compliment geven, maar je aarzelt.
Denk niet in de plaats van de ander
“Steeds vaker voelen mensen zich geremd om iets te zeggen of te doen”, zegt Kundan Khatri procesbegeleider bij Atlas Integratie & Inburgering. “We noemen dat handelingsverlegenheid. Het is jammer. Wie op zoek is naar verbinding raakt ontmoedigd en dreigt af te haken. Atlas wil de uitwisseling tussen mensen met een verschillende achtergrond aanmoedigen en de verbinding stimuleren.”
Belangrijk hierbij is dat alle mensen zich op hun gemak voelen. Een veilige sfeer is een voorwaarde om tot een goede uitwisseling te komen. Je voelt je op je gemak als de ander je op een open, eerlijke en nieuwsgierige manier benadert.
Kundan: “Iedereen draagt een figuurlijke bril waarmee we naar de wereld kijken. Deze bril is onder meer gevormd door de omgeving waarin we opgroeien en door wat we meemaken. De bril maakt dat we vaak vertrekken vanuit een veronderstelling zonder te weten of die veronderstelling wel klopt. Dit is heel menselijk, want iedereen zit op deze manier in elkaar. Maar het is beter om aannames en oordelen te vermijden en niet in de plaats van een ander te denken.”
Als je het niet weet, stel dan een open vraag, adviseert Kundan. “In het geval van de verjaardag kan je het bijvoorbeeld als volgt formuleren: ‘Ik wil je graag feliciteren met je verjaardag, maar ik weet niet goed wat jij prettig vindt. Geef ik je drie kussen, geef ik je een hand of is er een andere manier?’ Je legt je eigen manier van feliciteren niet op. Maar je somt de mogelijkheden op die jou bekend zijn en tegelijk vraag je of er nog een andere manier van feliciteren is die je niet hebt benoemd.”
Ga op zoek naar wat jullie bindt
Gelijkwaardigheid is ook een belangrijke voorwaarde bij het creëren van veiligheid, gaat Kundan verder. “Stel niet alleen maar vragen, maar onthul ook iets van jezelf. Vertel over je eigen familie en afkomst. Als het gesprek op een aangename manier verloopt, kan je na verloop van tijd polsen naar het verhaal van de ander.”
“Ga bij een eerste contact op zoek naar iets dat jullie bindt”, vult collega Ilhame Amiri aan die ook als procesbegeleider bij Atlas Integratie & Inburgering werkt. “Misschien wonen jullie in dezelfde stad? Of hebben jullie kinderen van dezelfde leeftijd? Door deze onderwerpen aan te snijden, bouw je een relatie op. Als je iemand beter kent, kan je altijd nog die vraag over de herkomst stellen. Misschien niet in de vorm van ‘Waar kom je vandaan?’ Maar eerder ‘Welke roots heb je?’ Het voelt heel anders om deze vraag te krijgen nadat je elkaar hebt leren kennen dan bij een eerste ontmoeting.”
Vragen waarop je het antwoord makkelijk kan opzoeken, kan je beter vermijden, vindt Ilhame. “Veel moslims moeten telkens opnieuw uitleggen dat ze geen water mogen drinken tijdens de ramadan. Als je meer wilt weten over de gebruiken rond eten en drinken tijdens de ramadan, kan je deze informatie op het internet vinden. Beluister een podcast of lees een boek. Span je in om de informatie te achterhalen. Het is heel fijn om te merken dat iemand echt in je geïnteresseerd is en zich in jouw achtergrond heeft verdiept.
De sleutel voor fijn contact is oprechte en authentieke interesse, benadrukt Ilhame. “Als je slechts in één deel van iemand bent geïnteresseerd, bijvoorbeeld alleen de etnisch culturele herkomst, moet je je afvragen of je belangstelling wel oprecht is.”
Tast elkaars grenzen af
Nadat de veilige basis is gelegd, kan je de volgende stap zetten. Je wilt elkaar niet alleen leren kennen, maar je zoekt ook verbinding. Hiervoor is moed en lef nodig, want je weet niet hoe de ander gaat reageren. Ook voor diegene die een vraag krijgt, is het niet altijd makkelijk. Je zet je schrap en denkt: ‘Wat gaat er komen?’ Je moet elkaars grenzen aftasten.
Kundan: “Durf elkaar vragen te stellen en ga de moeilijke onderwerpen niet uit de weg. Maar houd daarbij goed in de gaten hoe de ander zich voelt. Vaak zie je dit aan iemands lichaamshouding. Als mensen zich niet op hun gemak voelen, mag je dit benoemen en vragen of zij het goed vinden om hier iets over te zeggen. Respecteer elkaars grenzen.”
Een gesprek is niet in regels uit te schrijven. Wat de een wél prettig vindt, ervaart de ander als onaangenaam of misschien zelfs als een afwijzing. De juiste omgangsvorm hangt af van de situatie en het karakter van je gesprekspartner.
“Aan mij mag je alles vragen als dit op een respectvolle manier gebeurt”, zegt Kundan. “Als je tegen mij zegt dat ik goed Nederlands spreek, voelt dat als een compliment. Ik was 24 jaar toen ik de Nederlandse taal leerde. Het is voor mij een overwinning dat ik de taal onder de knie heb gekregen. Tegelijk begrijp ik dat zo’n opmerking niet fijn is voor iemand die hier is opgegroeid.”
Ilhame: “Ik zie regelmatig hoe ongemakkelijk iemand zich voelt bij de opmerking over goed Nederlands spreken. Het is bedoeld als compliment, maar vertrekt vanuit een veronderstelling. Je hebt een andere huidskleur, dus je zal niet goed Nederlands kunnen. Dit terwijl het vaak gaat om mensen die hier zijn geboren en getogen. Je plaatst je gesprekspartner in het hokje van ‘de ander’. Door telkens de focus op het anders zijn te leggen, stoot je mensen met een migratieachtergrond tegen de borst. Soms moeten mensen de opmerking over goed Nederlands spreken een paar keer per dag horen. Op een gegeven moment krijgen ze er genoeg van. Het voelt alsof er steeds opnieuw tegen hen wordt gezegd dat ze er niet bij horen. Het zijn kwetsende opmerkingen of microagressies.”
Durf te botsen op een respectvolle manier
Veel hangt af van de manier waarop je een vraag stelt, vinden Kundan en Ilhame. Een voorbeeld: Stel dat je je afvraagt of je je schoenen moet uittrekken als je bij de Afghaanse buren op bezoek gaat. Je kan tegen de buurvrouw zeggen: ‘Ik moet zeker mijn schoenen uitdoen als ik volgende week kom?’ Deze vraag vertrekt vanuit een oordeel of een aanname en voelt als een aanval. ‘Heb je graag dat ik mijn schoenen uitdoe?’ klinkt heel anders. Neem nooit iets aan zonder het na te vragen, is een goede algemene tip.
Gaat het toch een keertje mis, dan is dat niet erg, benadrukt Kundan. “Wees mild voor jezelf en de ander. Merk je dat jouw vraag iets met je gesprekspartner doet, benoem het dan. Zeg bijvoorbeeld: ‘Ik zie dat mijn vraag je kwetst. Dat was helemaal niet mijn bedoeling.’ Bied je excuses aan als dat nodig is. Wees niet te voorzichtig. Daarmee verlam je het contact. Durf te botsen op een respectvolle manier. Als je niets doet, komt er geen verbinding. Terwijl die verbinding juist zo noodzakelijk is om samen iets te kunnen opbouwen in deze diverse samenleving.”
Zes tips voor een verbindend gesprek
- Vertrek niet vanuit een veronderstelling. Vermijd een oordeel, een mening of een aanname
- Creëer gelijkwaardigheid door ook iets over jezelf te vertellen en niet alleen vragen te stellen
- Ga op zoek naar een onderwerp dat jullie bindt
- Vermijd vragen waarop je het antwoord makkelijk zelf kan opzoeken
- Durf op een respectvolle manier te botsen
- Wees bereid om je excuses aan te bieden als dat nodig is
Wil je meer weten over verschillende referentiekaders en divers-sensitief communiceren?
Schrijf je dan in voor een vorming referentiekaders en divers-sensitieve communicatie bij Atlas.
Dit artikel werd geschreven door Janine Meijer.