© Frederik Beyens

Hoe betrek je anderstalige ouders op school?

Komt een ouder bijna nooit naar een oudercontact of schoolactiviteit? Krijg je geen antwoord als je iets in de agenda schrijft? Krijg je briefjes niet terug? Het is soms een hele uitdaging om contact te maken met anderstalige ouders. Hoe beter je hun situatie kent, hoe beter je erop kan inspelen. Dat maakt vaak het verschil.

Hoe betrek je anderstalige ouders op school?

Komt een ouder bijna nooit naar een oudercontact of schoolactiviteit? Krijg je geen antwoord als je iets in de agenda schrijft? Krijg je briefjes niet terug? Het is soms een hele uitdaging om contact te maken met anderstalige ouders. Hoe beter je hun situatie kent, hoe beter je erop kan inspelen. Dat maakt vaak het verschil.
© Frederik Beyens

Tip 1: Hou rekening met onzichtbare drempels

Concludeer niet meteen dat de ouder niet betrokken is. Er kunnen heel wat redenen zijn waarom een ouder niet komt of reageert:

  • De ouder spreekt geen of weinig Nederlands.
  • De ouder kent het schoolsysteem in Vlaanderen niet. 
  • De ouder is bang om vragen te stellen. 
  • De ouder is nieuw op school en kent niemand van de andere ouders. 
  • De ouder krijgt de dagelijkse routine thuis niet geregeld (werkt in shiften, leeft in armoede, heeft kopzorgen).

Bijkomende drempels kunnen dan zijn dat de ouders:

  • geen laptop, tablet of computer hebben
  • in een kleine ruimte wonen
  • de instructies van de leerkracht niet begrijpen en hun kind dus niet kunnen helpen   

Ken je de leefwereld van de ouders niet goed? Doe dan bijvoorbeeld samen met je collega’s een buurtwandeling langs verschillende sociale organisaties in de omgeving.

Tip 2: Laat ouders over hun eigen situatie vertellen

Vraag wat een ouder verwacht van de school. Vertel ook wat de school verwacht van de ouders en waarom de school dat belangrijk vindt. Neem de tijd om de ouder te leren kennen:

  • Is de ouder zelf naar school geweest? Hoe was het contact met de leraar?
  • Lukt het om het kind elke dag op tijd naar school te brengen?
  • Praat de ouder thuis met het kind over de schooldag?
  • Vraagt het kind soms hulp aan de ouder als het iets niet begrijpt?

Hoe meer interesse je toont in de situatie van de ouder, hoe groter de kans dat de ouder zich betrokken zal voelen op school.

Tip 3: Spreek ouders zelf aan

Wacht niet tot de ouders je aanspreken, maar neem zelf initiatief.

  • Doe zo vaak mogelijk een kort babbeltje, niet alleen bij problemen.
  • Geef concrete informatie: zeg met wie het kind gespeeld heeft, wat het gedaan heeft, wat goed of niet goed lukte.
  • Maak een whatsappgroepje met de ouders van de klas. Deel foto’s, anekdotes of herhaal belangrijke info zoals ‘Breng morgen zeker de zwemzak mee’. 
  • Nodig ouders persoonlijk uit, zeker als je weet dat de kans groot is dat ze niet komen. Een briefje meegeven in de rugzak is niet genoeg.

Tip 4: Maak spontane contactmomenten mogelijk

  • Zorg voor een vertrouwd contactpersoon:
    • altijd dezelfde (meertalige) leraar of brugfiguur aan de schoolpoort
    • de klasleraar apart en op een zichtbare plek 
    • de leraar of onthaalmedewerker bij een infobord met foto’s van leerkrachten en activiteiten
  • Stel voor om op huisbezoek te komen voor het oudercontact.
  • Voorzie een openklasmoment voor ouders en kinderen samen.
  • Hang de poster 'Blij je te zien' uit aan de schoolpoort, in de gang of op de klasdeur. Zo laat je ouders weten dat ze welkom zijn. Of maak met een welkom-kaartje duidelijk wanneer je tijd hebt voor een gesprek en hoe vlot bereikbaar je bent.
  • Organiseer een vast koffiemoment op school met leerkrachten en ouders. Deel de koffie zelf rond en breng de ouder in contact met andere ouders: ‘Dit is de mama van Adam die in dezelfde klas zit als jouw dochter Noor.’
  • Organiseer laagdrempelige ouderactiviteiten zoals een Kaap-groep: anderstalige ouders leren elkaar kennen, oefenen Nederlands (bv. oefenen een oudercontact) of organiseren een project op school
  • Maak een themagroep waar je met ouders praat over onderwerpen zoals opvoeding, meertaligheid, digitale leermiddelen. 

Tip 5: Zet de talenten van ouders in

  • Iemand die naait, kan vlaggetjes maken voor het schoolfeest.
  • Iemand die graag kookt, kan helpen bij het fruitmoment.
  • Een bakker kan de hele klas een rondleiding geven in de bakkerij.
  • Een anderstalige ouder kan voorlezen of zingen in de moedertaal.

Wil je beter leren communiceren met anderstaligen?

Volg een vorming bij Atlas, integratie & inburgering Antwerpen.

Bekijk ook