Stap 1: Wees kritisch op overtuigingen over het gebruik van moedertaal op de werkvloer.
“Mijn collega’s leren niet genoeg Nederlands als ze hun moedertaal mogen spreken.”
Het is een misvatting dat werknemers automatisch Nederlands oppikken terwijl ze werken. Vaak zijn er weinig kansen om Nederlands te oefenen op de werkvloer. Wil je dat iemand snel Nederlands bijleert, dan moet je daarvoor de ideale omstandigheden creëren, zoals:
-
Zorgen voor veel interactie waardoor iemand genoeg Nederlands kan oefenen.
-
Een veilige omgeving bieden waarin het oké is om fouten te maken.
-
Gerichte feedback geven en ondersteunen waar nodig.
Mensen af en toe hun moedertaal laten spreken hoeft geen struikelblok te zijn.
“Moedertaal op het werk toelaten zorgt voor kliekjes.”
Het is normaal menselijk gedrag dat mensen met dezelfde moedertaal elkaar opzoeken en communiceren in hun moedertaal. Menselijke verbindingen gebeuren vaak onbewust. Ook bijvoorbeeld mensen in eenzelfde levensfase, met gelijkaardige familiesituaties of interesses zoeken elkaar op. Natuurlijk wil je vermijden dat mensen zich uitgesloten voelen. Maak er daarom afspraken over, bijvoorbeeld: Komt er iemand bij je groepje staan die de taal niet spreekt? Schakel dan over op Nederlands.
Stap 2: Bepaal je visie over taal op het werk
Alles start bij de vraag ‘Wat wil je in je organisatie?’ Je kan aandacht voor meertaligheid hebben én tegelijk Nederlands als voertaal behouden. Met de volgende vragen zetten we je op weg naar een visie op taalversterking op de werkvloer. Zoek je eerst meer houvast? Lees dan het artikel dat je helpt afbakenen wat je in je taalbeleid opneemt.
Vraag 1: Willen wij het Nederlands versterken van medewerkers met een andere moedertaal?
Afhankelijk van je functie moet je het Nederlands meer of minder beheersen. Werknemers die bij aanvang nog niet voldoende Nederlands kunnen, zal je goed moeten ondersteunen. Maar het komt ook voor dat werknemers weinig Nederlands moeten gebruiken om hun job goed te doen. Het taalniveau op de werkvloer kan stagneren of zelfs achteruitgaan als er weinig nood is of kansen zijn om Nederlands te oefenen.
Bepaal welke factoren een rol spelen in de visie van jouw organisatie:
- Beheerst je medewerker de talige competenties die nodig zijn voor de functie?
Voorbeeld
Een huishoudhulp die voornamelijk zelfstandig werkt zal niet evenveel Nederlands moeten spreken als een receptionist die voortdurend met klanten communiceert. - Vind je het belangrijk dat de medewerker in alle mogelijk situaties in het Nederlands kan communiceren?
Voorbeeld
Bij koeriers die maaltijden bezorgen kan er een verschil zijn tussen informeel contact met klanten en reageren op onverwachte situaties of klachten. -
Wil je de medewerker versterken om later ook een andere taak of job te kunnen uitvoeren?
Voorbeelden
Een huishoudhulp die andere collega's gaat coachen of die overschakelt op een administratief takenpakket, een technisch medewerker die ploegbaas wordt, enz.
Vraag 2: Hoe stellen we ons op tegenover andere talen dan het Nederlands op de werkvloer?
Op de meeste werkvloeren is er één voertaal. In Vlaanderen is dat meestal Nederlands. De diverse achtergrond en talenkennis van werknemers kunnen voor uitdagingen zorgen. Een gemeenschappelijke taal heb je nodig om goed te kunnen samenwerken. Dat kan het Nederlands zijn, maar in sommige situaties ook een andere taal. Bespreek waar en wanneer meertaligheid voordelen biedt, maar benoem ook waar het voor wrijving of problemen zou kunnen zorgen.
Het is belangrijk dat je als organisatie duidelijk maakt hoe je naar diversiteit en meertaligheid op de werkvloer kijkt. Lees meer over meertaligheid als een expliciet deel van iemands identiteit en als een mogelijk hulpmiddel.
Stap 3: Maak afspraken die overeenkomen met de visie
Klaar met het denkwerk? Maak nu je visie concreet door afspraken te maken. Tot slot nog enkele aandachtspunten:
- Informeer je werknemer van bij de aanwerving over de afspraken rond taalgebruik in jouw organisatie.
- Benadruk de gedeelde verantwoordelijkheid. Informeer Nederlandstalige werknemers wat zij kunnen doen om anderstalige collega’s te helpen, bijvoorbeeld door dialect of moeilijk taalgebruik te vermijden.
- Verlaag communicatieve drempels op het werk. Formuleer bijvoorbeeld ingewikkelde veiligheidsprocedures in heldere taal en gebruik ondersteunende beelden.
Houd de afspraken levend. Speel kort op de bal als je merkt dat ze spanningen veroorzaken binnen je team. Welke regels je ook opstelt, weet dat je ze altijd kan bijschaven.
Is er momenteel bij atlas geen vorming op maat, maar krijg je niet genoeg van onze tips en inspirerende voorbeelden?
Goed nieuws: Schrijf je in voor onze 3-maandelijkse nieuwsbrief voor professionals en vrijwilligers . Je ontvangt dan gelijkaardige artikels én info over vormingen op maat.